'Wat een vondst! - Archeologische ontdekkingen in Midden-Delfland'6 november 2010. De Historische Vereniging Oud-Schipluiden vierde haar 40-jarig bestaan met een symposium in de voormalige kerk van Op Hodenpijl. Grote belangstelling was er voor de zes lezingen en drie intermezzo's. Minister Marja van Bijsterveldt, minister van OCW en inwoonster van Schipluiden, bezocht aan het eind van de middag het symposium. Aansluitend aan haar betrokken toespraak lanceerde zij officieel twee websites, van de Historische Vereniging Oud-Schipluiden en van Museum het Tramstation. Het idee voor een symposium als verjaardagscadeau leefde al geruime tijd binnen de Historische Vereniging Oud-Schipluiden. In vrij korte tijd werd het programma vastgesteld met een aantal gerenommeerde wetenschappers en sprekers die gespecialiseerd zijn in verschillende tijdperken en onderzoek gedaan hebben in Midden-Delfland. Voortvarend begon een klein team aan de voorbereiding van het symposium. Als locatie werd gekozen Op Hodenpijl, een bijzondere cultuurhistorisch plaats. De lichte vrees over een te gering aantal bezoekers bleek al snel ongegrond. Een aanmeldingenstop was nodig om het aantal bezoekers tot 185 te beperken. Al ruim voor aanvang van het symposium stroomde het publiek de Herdershof van Op Hodenpijl binnen. Voor iedereen was er een tasje met informatie, die aandachtig werd bekeken. Bij een kopje koffie met koek werden herinneringen opgehaald. Stipt op tijd begon het ochtendprogramma. ProgrammaVoorzitter Jacques Moerman memoreerde in zijn openingstoespraak het 40-jarig bestaan van de vereniging en het belang van haar activiteiten voor het historisch besef in Schipluiden en Midden-Delfland. Burgemeester Rodenburg feliciteerde de voorzitter en de Historische Vereniging Oud-Schipluiden met het jubileum. Hij onderstreepte het belang van de archeologie en refereerde aan de gedetailleerde Archeologische Waardekaart van Midden-Delfland, die onlangs is opgesteld. Uiteraard kwamen ook de cultuurhistorie en Citta Slow ook aan de orde. Van terp tot beleidskaart. Archeologen werken in Midden-DelflandDrs. Hans Koot, gemeentearcheoloog van Rijswijk, schetste in de eerste lezing de ontwikkeling van de archeologie, en in het bijzonder die van Midden-Delfland en omgeving. Hij ging kort in op enkele grote opgravingen, zoals die van kasteel Keenenburg in Schipluiden, het A4-tracé en de Harnaspolder. Op de laatste plaats is bewoning uit het Neolithicum aangetroffen en staat nu de AWZI (afvalwaterzuiveringsinstallatie). Hij beschreef de start van de vereniging als Historische Werkgroep Oud-Schipluiden in 1970 (in 1979 omgezet tot vereniging) en haar activiteiten bij o.a. archiefonderzoek en assistentie bij archeologisch onderzoek. In deze 40 jaar is er een schat aan informatie bekend geworden. Schipluiden-Harnaschpolder, 3600 v. Chr. De oudste bewoning van het kustgebiedProf.dr. L.P. Louwe Kooijmans beschreef op beeldende wijze hoe bewoning in het Neolithicum mogelijk geweest is. Opgravingen in de Harnaschpolder, Wateringen en Ypenburg hebben veel vondstmateriaal opgeleverd, waaruit afgeleid kon worden hoe mensen leefden. Uit paalsporen kon worden afgelezen hoe hun woningen er wellicht uit hebben gezien en hoeveel families er gewoond hebben. Ook het gebruikte voedsel kon nauwkeurig worden vastgesteld: in Schipluiden (Harnaschpolder) werden vrijwel alleen landdieren, en vooral rund, genuttigd. De mensen waren meester in de handvaardigheid, hetgeen blijkt uit de vondst van een aantal prachtig vervaardigde houten roeispanen. Het gereedschap van toen bestond uit stenen beitels. IJzertijd, wonen op veenDrs. Tim de Ridder, Stadsarcheoloog van Vlaardingen, vertelde over verschillende opgravingen in Vlaardingen, en vooral over de opgraving bij de Vergulde Hand nabij de Maasdijk. Hier zijn sporen van nederzettingen uit diverse perioden van de Bronstijd (1600-250 v. Chr.) aangetroffen. DNA onderzoek gaf een bewijs voor de tot nu toe bekende oudste bewoning. Spectaculair was de vondst van een grotendeels intact zijnde houten kano. Deze is in zijn geheel uitgegraven en wordt geconserveerd. Tim gaf ook een indruk wat de mensen in die tijd als voedsel hebben gebruikt: vooral rund, verder schaap/geit en varken. Romeinse tijd, Cananefaten en RomeinenDr. Heleen van Londen, Amsterdams Archeologisch Centrum, begon met een overzicht van belangrijke opgravingen in en om het Midden-Delfland gebied: Schiedam Kethel (1973), Rijswijk 'De Bult' (1978), Midden-Delfland (1990-1999), Wateringse Veld (1997), Vlaardingen (1999), Harnaschpolder (2001-2004) en Forum Hadriani (2006-2009). Haar lezing ging vooral over de door haar waargenomen verkaveling en de ontwikkeling van nederzettingen. Zij onderscheidt drie fasen in de verkaveling tijdens de Romeinse tijd. Sloten waren (en zijn nog steeds) essentieel voor het waterbeheer in het gebied. De eerste twee fasen van de verkaveling ontstond vooral lokaal. De derde fase van de landinrichting valt samen met de bloeitijd van Forum Hadriani en onder invloed van de Romeinen. Haar theorie is dat de Gulden Snede is gebruikt bij het uitzetten van de percelen. Met een speciale passer demonstreerde zij dit overtuigend. Middeleeuwen, heren en boerenDrs. Epko Bult, Universiteit Leiden, behandelde de Middeleeuwen in vier hoofdthema's: landschap, ontginning, organisatie en beheersing. In het begin was het gebied van het Hoogheemraadschap van Delfland nauwelijks beschermd tegen indringend rivier- en zeewater. Toch werd er wel gewoond in het gebied. Onlangs kon een tiende-eeuwse bewoning worden vastgesteld in de Kerkpolder, op de plaats waar binnenkort het nieuwe gemeentehuis van Midden-Delfland gaat verrijzen. Overstromingen in ca. 1135 hebben een groot deel van Midden-Delfland gebied bedekt met het Duinkerken IIIa dek. Vanaf die tijd is men op meer systematische manier het land gaan beschermen tegen Maas en zee en de eerste Maasdijk werd aangelegd. Ook werden andere waterkerende dijken in het gebied opgeworpen, zoals de Voddijk, Tanthofkade. Een systematische herontginning van de polders volgde, waarbij valt waar te nemen dat de hoofdsloten op een vaste afstand van elkaar werden aangelegd (dit is ook nu nog in het landschap te zien). Deze herontginning werd georganiseerd vanuit de grafelijke hoven. De lokale adel ging ook bouwen en wonen in het gebied en zo ontstonden o.a. het Huis ten Dorp, kasteel Hodenpijl en kasteel Keenenburg. Epko eindigde zijn lezing met enkele resultaten en afbeeldingen van de opgraving van het kasteel Keenenburg in Schipluiden. De kaarten van Jan Jansz. Potter, als leidraad voor archeologisch onderzoek in Midden-DelflandDrs. Jacques Moerman, historicus, heeft in zijn onderzoek geprobeerd de persoon achter landmeter Jan Jansz. Potter (153?-159?) beter te leren kennen. Potter maakte niet zomaar kaarten: elke kaart werd weer een juweeltje met uitzonderlijk veel detail in kleur en allemaal handwerk. De kaarten werden in opdracht gemaakt voor diverse grond bezittende instanties. Hoeveel kaarten Potter gemaakt heeft is onduidelijk. Bekend zijn o.a. de kaartboeken voor waterschappen Delfland, Schieland, Rijnland, stadsbesturen Delft, Rotterdam en Gouda, enkele kloosters en de Duitse Orde. Naast de weilanden met hun sloten en wegen tekende hij veel extra details, zoals nauwkeurige boerderijplattegronden, hooibergen, windassen, verlaten en zelfs een galg. Ook oorlogssporen zoals verbrande gebouwen liet hij zien. Jacques liet met veel voorbeelden zien hoe bijzonder Potter's kaarten zijn en hoeveel van zijn getekende details nog in het huidige landschap zijn waar te nemen. Intermezzo'sIn een drietal korte intermezzo's, verspreid over de dag, vertelden Tineke van Gils (keramist), Rina Groot (beelden kunstenaar) en Henk Groenendaal (fotograaf) over de inspiratie die zij bij hun werk op doen in het landschap van het Midden-Delfland gebied. Tineke van Gils is international bekend als keramist; haar atelier en werkruimte bevinden zich slechts enkele honderden meters verwijderd van Op Hodenpijl. Eerder dit jaar bracht zij op uitnodiging een bezoek aan China om daar theepotten te vervaardigen en hield zij een solo-expositie in Shanghai. Als ingrediënt voor het glazuur voor haar aardewerk gebruikt Tineke o.a. de as van eigen snoeihout. Hiermee krijgt het aardewerk een kenmerkende kleur. Toekomstige archeologen die scherven van haar werk gaan vinden, zullen zo op het spoor van Midden-Delfland worden gezet. Bij een uitstalling kon men nader kennis maken met het werk van Tineke. Rina Groot is beeldend kunstenaar en is al vele jaren gefascineerd door het landschap van Midden-Delfland. Zij vertoonde een filmisch panorama van een reeks langs elkaar schuivende foto's van een van de mooiste plekken van Midden-Delfland: de Vlaardingervaart bij de Zouteveense Polder. Met een viertal opgestelde schilderijen toonde zij hoe het landschap en vooral ook de luchten door haar werden vastgelegd op doek. Rina heeft haar atelier en werkruimte midden in Schipluiden, in een historisch pand. Daar geeft ze ook cursussen en workshops. Henk Groenendaal vindt zijn inspiratie vooral tijdens wandelingen en fietstochten door het gebied. Veel foto's zijn ontstaan tijdens deze tochten. De kleuren en patronen van het landschap vindt hij bijzonder fascinerend. Zijn speciale interesse gaat uit naar het afwisselende cultuurlandschap, de dorpen, de natuur en de cultuurhistorie en alles wat met water en waterbeheer te maken heeft. In de afgelopen paar jaar heeft hij zich toegelegd op het maken van 360 graden panorama's (cilindrisch en bol) in het Midden-Delfland gebied; een groot aantal daarvan staat op internet. In de pauze werd een verfilming van een aantal van deze panorama's getoond als virtuele wandeling. Ook de vertoonde video met het lied 'Polderland' van Nico van Paassen, uitgevoerd door de Maxima's, bevat een aantal van zijn panorama's. Twee Nieuwe websitesMinister Marja van Bijsterveldt, minister van OCW, was (in de tijd als staatssecretaris) uitgenodigd om twee nieuwe websites te lanceren. In haar toespraak feliciteerde zij de Historische Vereniging Oud-Schipluiden en haar voorzitter, ook 40 jaar, Jacques Moerman met beide jubilea. Zij prees de vereniging en leden voor hun inzet om onze geschiedenis in regio te bewaren voor de toekomst. De lancering van de nieuwe website van de Historische Vereniging Oud Schipluiden bestond uit het zoeken en vinden van de lesbrief van Poot. Tegelijkertijd werd ook de website van Museum het Tramstation officieel ten doop gehouden. Zie ook bericht op de website van Oud-Schipluiden (met foto's).
06 april 2024 |